Heel - 29 oktober 2022 - Elk jaar organiseren kerkparochies rond 2 november een Allerzielenviering. Als geheugenopfrissertje, en voor de geïnteresseerde leek, geeft Wim Coolen van Heemkring Heel hierbij een uitleg over het Allerzielenverhaal:
Voor een gelovig katholiek is er na de dood een helder verhaal. Lichaam en ziel worden gescheiden. Het lichaam blijft achter op aarde, de ziel gaat naar de Hemel of de Hel. Wie zich keurig aan de regels van de Kerk en de 10 geboden heeft gehouden, gaat linea recta richting het Hemelrijk. Voor de goddeloze zondaar wacht - hij had het kunnen weten – het eeuwige inferno; een weinig aantrekkelijk oord met als enig troostrijk vooruitzicht, het weerzien met zoveel oud-bekenden. Voor de kleine zondaar – de geest is gewillig maar het vlees is altijd weer te zwak - is er het vagevuur; een soort “Kamp van Koningsbrugge”, maar dan vuriger, waar je een tijdje moet bewijzen dat je de hemel waardig bent. Op die tijdelijke locatie wordt “ziel en zonde” door engelen gewogen. Daarna volgt het vlammend louteringsproces en uiteindelijk: “de Grote Genade”, waarna Petrus alsnog de hemelpoort opent voor de brandschone ziel.
Om het vurige intermezzo te bespoedigen is aardse hulp toegestaan. Door gebeden kan de verblijfsduur in het schimmenrijk aanzienlijk bekort worden. De Kerk bemiddelt daarbij door jaarlijks rond 2 november een Allerzielenviering te organiseren. Tijdens het Allerzielenlof bidden wij, de “aardelingen”, voor de overledenen en steunen we de kleine zondaars bij hun moeizame tocht naar het hemels paradijs.
Misschien denkt u: ach, zo’n Allerheiligenlof en dat bidden, dat is niets voor mij. Maar misschien heeft u nog een voorouder die nog dolende is. Die kan een extra zetje wellicht goed gebruiken. Met een uurtje “lof” doe je zo’n arme ziel een groot plezier.
Foto's Heemkring Heel
291022/HvL