23 oktober 2024 - Er bestaan veel omschrijvingen van het begrip landschap. De Europese Landschapsconventie gaat uit van de volgende definitie: ‘een gebied, zoals dat door mensen wordt waargenomen, waarvan het karakter bepaald wordt door natuurlijke en/of menselijke factoren en de interactie daartussen’. De uit Susteren afkomstige Herman Vrehen weet daar alles van. Hij heeft aan meerdere landschapsontwikkelingen meegewerkt.
Landschap is dus eigenlijk overal: in de stad, op het platteland, op bedrijventerreinen, in havengebieden, in een natuurreservaat, noem maar op. Echter is het landschap niet overal hetzelfde en gaan we er anders mee om.
Herman Vrehen heeft aan meerdere landschapsontwikkelingen meegewerkt. “Sommige landschappen vinden we erg mooi. Daar wandelen of fietsen we graag doorheen. Andere landschappen spreken ons minder aan. Wanneer we ons bezighouden met landschapsontwikkeling, gaat het om het vinden van de synergie tussen flora, fauna en de mens.”
De staat van het landschap wordt voor een groot deel bepaald door het beleid dat overheden hiervoor formuleren. Na het afbouwen van het rijksbeleid voor landschap is de rol van de provincie belangrijker geworden. Door deze decentralisatie ligt de voornaamste verantwoordelijkheid voor landschap bij de provincies. Met de inwerkingtreding van de Wet Natuurbescherming op 1 januari 2017 is het decentralisatieproces van het natuurbeleid formeel afgerond en hebben de provincies de regie over het natuurbeleid gekregen.
Vrehen: “Dit provinciale beleid over natuur en landschap richt zich volledig op het Nationaal Natuur Netwerk (NNN), wat maar een beperkt deel vormt van het totale buitengebied. Om verdere verschraling hiervan tegen te gaan zal er actief ingezet moeten worden op gemeentelijk landschapsontwikkeling en landschapsbeheer.”
Het werken aan landschapskwaliteit vraagt een permanente en gezamenlijke aanpak, met input van bewoners, gemeentes en bestuurders. Herman Vrehen heeft door zijn ervaring bij verschillende instanties en het werken met verschillende partijen gezien wat het belang hiervan is.
“Voor de gebieden binnen het NNN (Nationaal Natuur Netwerk) is er een duidelijk kader. Gebieden daarbuiten zijn aan hun lot overgelaten, terwijl hier juist veel landschapswinst te behalen valt. Daarbij is het nodig dat mensen van verschillende disciplines samenwerken en kennis hebben van elkaars bestaan en kunnen.”
Het bij elkaar brengen van mensen en hun ideeën, het initiatief nemen voor versterkende projecten en het op zoek gaan naar financiële middelen vereist een onafhankelijke en deskundige organisatie. Herman Vrehen heeft hier wel een idee over.
Vrehen: “Een gemeentelijke landschapsstichting kan een bruikbaar en vooral effectief instrument zijn. Hiermee kan als het ware een buitenboordmotor voor de gemeentelijke organisatie gevormd worden, waarmee een integrale landschapsaanpak tot stand komt. Deze integrale landschapsaanpak bestaat uit een programma met diverse landschapsprojecten. Dit kunnen projecten zijn waarvoor financiering gezocht moet worden in onder andere de gemeentelijke begroting, maar ook in particuliere bijdragen, specifieke fondsen en goede doelen-organisaties.”
De kunst is om het brede scala aan gemeentelijke ruimtelijke ontwikkelingen te koppelen aan deze integrale landschapsagenda. Er zijn overal uitdagingen om te komen tot woningbouw, infrastructurele aanpassingen, bedrijfsuitbreiding en/of verplaatsing, recreatieve behoeften, leefbaarheidsopgaven, klimaatopgaven, cultuurhistorische agenda, enzovoort. Als deze ontwikkelingen geprojecteerd worden op de gemeentelijke buitenruimte, oftewel een landschapskaart, worden de bedreigingen en de kansen meteen inzichtelijk. Hierover dient de dialoog met betrokken partijen van begin af aan gevoerd te worden. “Dit betekent ruimte bieden waar het kan en grenzen trekken waar het moet, waarbij landschap niet het kind van de rekening wordt, maar juist versterkt kan worden waar dit gewenst of noodzakelijk is.”
Als vooraf de gemeentelijke landschapskaart in beeld is gebracht kan deze op elk gewenst moment vertaald worden naar nieuwe landschapsprojecten. Dit gewenste moment kan eerder of later aan de orde zijn door meekoppelkansen met andere nieuwe ruimtelijke/economische initiatieven te benutten.
De gemeentelijke landschapsstichting is een permanente promotor en groene belangenbehartiger voor de gemeentelijke buitenruimte, waarmee ook het groene bewustzijn van de burgers vergroot wordt. Herman Vrehen gelooft dan ook dat het belang van een vitale buitenruimte ervoor zorgt dat dit onderwerp hoger op de politieke agenda komt.