Roggel - 2 juli 2021 - De vorige keer vertelde ik over het ontstaan van het Leudal. Hoe hier het zand terecht is gekomen, hoe in het Leudal de vennen zijn ontstaan en dat ik jullie de volgende keer mee zou nemen onder water. In een eerdere column vertelde ik jullie dat een van mijn hobby’s “waterdiertjes” zijn. Om precies te zijn, de larven van een aantal insecten die hun eitjes in het water afzetten.
Uit deze eitjes komen de larfjes. De aan- of afwezigheid van deze larfjes in het water vertelt ons iets over de kwaliteit van het water. Vandaar ook de titelvan deze column: “Onder water”
Wat verstaan we onder water?
Je kunt zeggen diwaterstofoxide of te wel H2O, levensvocht, nat, vloeibaar. Soms is het een gas of is het keihard en kun je je er pijn aan doen. We kennen het dan onder de naam ijs. Ja, je kunt eraan likken en dan proef je wellicht een aantal verschillende smaken. Maar dan hebben het over ander ijs. Water kom je ook tegen in; wolken, regen, zee, meren, rivieren. Zo ongeveer in alles zit wel water. Wij mensen bestaan grofweg uit 70% water. Dat is al rap 45 liter water gemiddeld per volwassen persoon. Je hoort vaak; “je verspilt water”. Alsof het water op zou kunnen raken. Nou wees gerust, al zouden we allemaal tegelijk de kraan open zetten, het toilet doorspoelen, zwembaden vullen, onze planten in de tuin of het gazon besproeien, auto’s wassen, etc etc, water raakt nooit op!
Sterker nog, de hoeveelheid water op de aarde blijft altijd gelijk en zal dat ook blijven. Of de mens nu wel of niet zijn stinkende best doet om de watervoorraad te beheersen of het water te vervuilen of verspilling wil tegengaan, het maakt op de totale hoeveelheid water niets uit. Water circuleert. Dat is een feit.
Wat bedoel ik daarmee?
Neem nu ons vervuilde water, als voorbeeld. We volgen een druppel. Om het makkelijk te maken, nemen we een slok water en drinken deze op. Dat zijn vele druppels bij elkaar, toch? We focussen ons op één druppel. De druppel neemt een reis door jouw lichaam. Deze druppel kan kiezen uit twee mogelijkheden:
Als eerste wordt de druppel gebruikt voor het afkoelen van het lichaam. Wanneer wij te warm worden, gaan we zweten. Dit komt doordat de huid water (de druppel) door een huidporie afstaat aan het huidoppervlak en de druppel de mogelijkheid krijgt te verdampen. Hierdoor wordt warmte aan de huid onttrokken (een natuurkundig foefje). Het resultaat we koelen af, de huid reguleert dus op deze super slimme manier de lichaamstemperatuur. De druppel zit nu in de lucht. Hij blijft daar hangen. Dit beeld parkeren we even.
De tweede mogelijkheid: de “lijdensweg” van de druppel. De druppel wordt gebruikt als transportmiddel voor voedingsstoffen in ons lichaam. Uiteindelijk wordt de druppel door de nieren uitgescheiden en “zwaar vervuild” komt het in de vorm van urine, via de urinebuis in b.v. het toilet terecht. De druppel vervolgt zijn weg via een door de mens gemaakt buizenstelsel (riool) en komt terecht in een rioolwaterzuiveringsinstallatie. Een hel voor elke zichzelf respecterende druppel. Hier worden miljarden op allerhande ranzige geworden druppels, via een ingenieus filterproces, beluchtingsmethoden én met behulp van miljarden bacteriën de druppels “weer schoon” gemaakt en in mijn denkbeeldig verhaal in de Maas geloosd. Deze stroomt via wat kronkels en obstakels, lekker bergafwaarts naar zee. Hier tot rust gekomen, kan onze druppel ervoor kiezen om mee te stromen met de vanuit de golf van Mexico komende warme “Noord Atlantische stroming”. Deze stroming neemt de druppel langs de westkust van Noorwegen mee richting het barre noorden. De kans dat de druppel hier gevangen wordt in Noordpool ijs is bijzonder groot, wachtend op betere tijden.
Mocht de druppel tijdens de reis in zee niet meegevoerd worden met de Noord Atlantische stroming, kan deze onderweg, door inwerking van de zon, verdampen. De druppel komt dan samen met nog meer druppels in een opwaartse stroming terecht van warme lucht. Na een aantal kilometers te zijn gestegen botsen de druppels tegen een ijskoude luchtstroom aan en condenseren samen met een aantal bevriende druppels tot een sneeuwvlokje. Hier blijven ze geduldig wachten in een wolk. De wolk bepaalt wat er gaat gebeuren. Botst de wolk tegen een obstakel aan, als voorbeeld een berg, zal de wolk moeten stijgen.
Weg druppel? Nee hoor! Elke regendruppel komt voort uit een vallend sneeuwvlokje. Op de weg naar beneden wordt de sneeuwvlok warmer en warmer en smelt. Uiteindelijk is daar weer onze vertrouwde druppel en valt op de grond.
De druppel zakt in de grond weg en komt mogelijk in het grondwater terecht. De druppel kan bijvoorbeeld door de zuigende werking van een aantal haarwortels in het wortelstelsel van een appelboom terecht komen. De appelboom zuigt door haar houtvaten de druppel verder naar boven. Uiteindelijk zal deze druppel in een hele sappige appel terechtkomen. Jij ziet deze appel liggen en eet deze appel op, met de druppel en al. Voilà. Daar zit dezelfde druppel wederom in jouw lijf.
Ik kan nóg meer routes bedenken, hoe een druppel via allerlei manieren in het lichaam terug kan komen. Die bespaar ik je. Oh ja. De geparkeerde druppel van mogelijkheid 1 komt ook weer via één van deze vele mogelijkheden terug in het verhaal van wolk, neerslag, etc.. Ook deze druppel wordt op dezelfde manier hergebruikt.
Nu zul jij je natuurlijk afvragen; “maar waar komt dit water dan vandaan?” Een goede vraag. Die stelde ik mijzelf ook.
Dat water is er altijd al geweest. Zo’n kleine 4,56 miljard jaar geleden bij de vorming van onze planeet de Aarde was het er ook al. Trouwens bij alle planeten. Onze planeet is daar echt geen uitzondering in. Het water zat vanaf het begin opgesloten in ruimtesteen. Een overblijfsel, zeg maar restant, uit de oerknal. Het gesteente (door de inwerking van allerlei natuurkundige processen) ging samenklonteren en er ontstond een planeet. Deze klomp, de Aarde in wording, werd ook nog eens gedurende deze afkoelingsperiode gebombardeerd met meteorietinslagen. Gemakshalve; er vormde zich uiteindelijk een korst. Door de toenemende druk, in het binnenste van de piepjonge Aarde, ontstond er vulkanisme. Hierin kwam het smeltend gesteente. Door de vulkanen werd dit op haar beurt gedeeltelijk uitgespuugd. Het in dit gesteente aanwezige water kwam zo vrij en vormde onze atmosfeer.
De daarin aanwezige druppels waren niet misselijk. Ze begonnen samen de oerzee te vormen. In deze zee lag het oercontinent “Pangea”. Dit woord heeft haar oorsprong in het Oudgrieks en bestaat uit twee delen. Het eerste “pan” betekent “alles”, het tweede “gea” en is afgeleid van het woord gaia en betekent “aarde”.
Misschien snap je ineens de naam van het bekende dierenpark in het zuiden van Limburg, Gaia Zoo? Bij mij ging in elk geval een lampje branden. Door de vorming van de atmosfeer, de zee en de wisselwerking hier tussen koelde de aarde in een voor astronomische begrippen rap tempo af.
Bovenstaande is het verhaal in een notendop! Maar ik weet inmiddels zeker dat “onze” druppel hierin haar bijdrage geleverd heeft.
Tegenwoordig valt onze druppel nog altijd op de aarde terug en via de laatste regenbui zo pardoes in het voor ons liggend ven.
Hèhè, de cirkel is rond!
De volgende keer gaan we het ven in. Tot dan! Ron
Helian van Lier, Hoofdredacteur DeltaLimburg.nl: "We bieden inspirerende mensen graag een platform om hun passie met anderen te delen. Ron Van Pol is een van deze inspirerende mensen. Alweer een jaar lang deelt hij elke maand zijn passie met jullie en wat ons betreft blijft hij dat nog heel lang doen! Heb jij ook een passie die je graag wilt delen, neem dan gerust eens contact met ons op via info@deltalimburg.nl"
020721/HvL